Noorse Boskat Cattery Nemesis'kits

Nieren

CIN 

CIN staat voor Chronische Interstitiële Nefritis en is bij de kat en de hond de meest voorkomende aandoening van de nieren. Het is een langzame voortschrijdende aandoening aan de nieren dat onomkeerbaar is. Katten en honden zijn vleeseters en al het vele vlees doet een aanslag op de nieren. Echter, katten en honden moeten vlees eten (carnivoren) om te kunnen leven. nieren normaal
De kat en de hond halen al hun voedingsstoffen uit het vlees, er zijn geen alternatieven. CIN is een probleem waarbij de functionele niercellen kapot gaan en door bindweefsel worden vervangen. Hierdoor loopt de nierfunctie terug, de nieren zullen verschompelen en dus niet meer glad zijn.nieren cin
Het betekent echter niet dat eenmaal aangetaste nieren een negatief effect hebben op de gezondheid van de kat. Gezond voelende nieren hoeven niet altijd goed te werken. Een dierenarts is wel in staat om minder goed functionerende nieren door middel van een bloedtest in een vroeg stadium te ontdekken en zo kunnen er maatregelen genomen worden.

Symptomen

De eerste symptomen zullen u niet opvallen. De afbraak van de niercellen worden in eerste instantie door andere niercellen opgevangen. Naarmate het nog goed functionerend deel van de nieren te klein worden om opgevangen te worden, worden de eerste symptomen waargenomen. Het eerste symptoom wat opvalt is dat uw kat of hond gewicht gaat verliezen en uw dier zal een mindere eetlust hebben. Ongeveer 45% van de aangetaste dieren gaat meer drinken en meer (kleine beetjes) plassen. Uw dier kan diarree klachten krijgen, het wordt wat minder actief en er kunnen braakneigingen optreden. Uw dierenarts kan ook constateren dat de bloeddruk toeneemt. Ook kunnen er spontane oogafwijkingen of bloedingen in het oog ontstaan. In het ergste geval blindheid.

Oorzaak

Er is nog veel onduidelijkheid over de oorzaak van CIN en er kan inmiddels op getest worden. Een aantal oorzaken van CIN zijn: erfelijkheid, medicatie, voeding en een hoge bloeddruk. Ook een combinatie van de eerder genoemde zijn mogelijk net als hartaandoeningen en suikerziekte.

Behandeling

De behandeling is in eerste instantie gericht om de aanwezige goed functioneren niercellen te behouden, en dus verdere afbraak tegen te gaan. Het is belangrijk dat uw kat of hond voldoende drinkt om de afvalstoffen te verwerken en ook een aangepast dieet zal hierbij helpen. Hierbij moet u denken aan licht verteerbaar voedsel dat een mindere aanslag op de nieren geeft. Met behulp van medicatie is het mogelijk om een verhoogde bloeddruk te vermijden (atenolol) en de nierfunctie van de nieren kunnen ondersteund worden (Fortekor) , daarmee de gezondheid van de nieren op peil te houden.

Het dieet zal bestaan uit de hieronder genoemde onderdelen:

  • verminderd fosfor (hierdoor minder beschadiging van niercellen)
  • verminderd eiwit met een hoog kwalitatief gehalte (eiwitafvalproducten bevatten stikstof, deze afvalproducten kunnen bij verminderde nierfunctie voor met name de braakklachten zorgen)minder natrium (minder nierschade en een bloeddrukdaling)
  • meer vet en energie (tegen gewichtsverlies en eiwitafbraak)
  • meer oplosbare vezels (in darm vindt ook uitscheiding van stikstof plaats, beter bij meer vezels)
  • meer omega-3 vetzuren (de bloeddruk daalt door meervoudig onverzadigde vetzuren)

PKD

PKD is de afkorting voor Polycystic Kidney Disease. Het is een erfelijke aandoening die bij katten voorkomt. Katten met PKD hebben in beide nieren meerdere cystes (= met vocht gevulde holtes). pkd
Zowel het aantal cystes als de omvang van de cystes zal toenemen met het ouder worden van de kat. (De grootte kan varieren van enkele mm's tot enkele cm's). Deze cystes verdrukken het gezonde nierweefsel waardoor de nierfunctie minder zal worden. Je kunt het vergelijken met een ballon die langzaam opgeblazen wordt en door het groter worden het nierweefsel daaromheen verdrukt. Uiteindelijk zal er chronisch nierfalen optreden.Klachten ontstaan dan ook meestal pas op latere leeftijd. Gemiddeld pas rond de 6-7 jaar komen de eerste klachten van nierproblemen naar voren.

Symptomen

    • verminderde eetlust
    • vermageren
    • veel drinken en veel plassen
    • minder actief
    • bij buikpalpatie kunnen grote bobbelige nieren te voelen zijn
    • uitdroging, de huid blijft staan als je deze optilt
    • bleke slijmvliezen door bloedarmoede
    • braken

PKD is een gevaarlijke ziekte. Doordat de ziekte pas na jaren aan het licht komt is het van belang om de ziekte al in een vroeg stadium aan te tonen, zodat er met deze pkd positieve dieren niet wordt gefokt! Als er niet op getest wordt kan een PKD lijder al meerdere generaties verwekt hebben voordat de ziekte zich openbaart. Het is dus van groot belang dat de ziekte door alle katteneigenaren die willen fokken onderkend en onderzocht wordt om de ziekte een halt toe te roepen.

Oorzaak

    PKD wordt veroorzaakt door een fout in het DNA waardoor een bepaald eiwit dat van belang is voor een goede nierfunctie verkeerd wordt aangelegd. PKD overerft dominant. Dat betekent dat bij aanwezigheid van één allel PKD1 de ziekte tot uiting komt. Een allel is een drager van erfelijke informatie. Er zijn 2 allelen: PKD1 en pkd1. Allelen komen altijd gepaard voor en hierdoor zijn de volgende combinaties mogelijk:
    • pkd1/pkd1. De kat is PKD vrij.
    • PKD1/pkd1. De kat is lijder en zal in de toekomst PKD krijgen. Hij of zij kan PKD aan de volgende generatie doorgeven.
    • PKD1/PKD1: Uit recent onderzoek is gebleken dat deze genetische combinatie niet voorkomt bij volwassen dieren. Dit duidt erop dat het om een dodelijke afwijking gaat waarbij de kittens als embryo al sterven of vlak na de geboorte overlijden. (Het moment van overlijden is nog niet duidelijk)

Diagose stellen

Met behulp van een echo is de diagnose in een vroeg stadium te stellen. De minimum leeftijd waarop een echo redelijk betrouwbaar is, is 6 maanden. Laat men de kat eerder testen, het kan vanaf 8-9 weken leeftijd, dan kan een vals-negatieve uitslag gevonden worden en moet het onderzoek op een leeftijd van 6 maanden herhaald worden. Hoe ouder de kat is als deze getest wordt hoe betrouwbaarder de uitslag is.

Er is ook DNA onderzoek beschikbaar om bij katten de erfelijke aanleg voor PKD vast te stellen. Dat betekent dat op voorhand, vóórdat de dieren worden ingezet voor de fokkerij, vastgesteld kan worden welke katten op latere leeftijd in de problemen komen tengevolge van PKD.Voor het DNA onderzoek is het nodig om wat bloed af te nemen. Bij het bezoek aan de dierenarts dient u de stamboekgegevens van uw kat mee te nemen zodat het zeker is dat het bloedmonster van de betreffende kat is. Een chip is verplicht om de kat met zekerheid te kunnen identicficeren. Als de kat niet gechipt is geeft het laboratorium alleen een verklaring af dat het bloed dat onderzocht is geen PKD had. Echter op de verklaring wordt dan niet de naam van het dier erbij gezet! De DNA test is betrouwbaar. Het voordeel van de DNA test is dat het maar eenmalig gedaan hoeft te worden op welke leeftijd je deze ook uitvoert.

We hopen voor de toekomst dat alle katteneigenaren, van de rassen die risico lopen, aan de testen meedoen zodat de ziekte beheersbaar wordt en als het meezit dat PKD uitgebannen kan worden.